Wanneer komt u in aanraking met de Wmo? Wanneer moet/kunt u zich melden bij de gemeente? Welke vragen/zorgen heeft u waar de gemeente u bij kan helpen?

Iedereen kan zich melden bij de gemeente. Als u zich bij de gemeente meldt voor hulp, onderzoekt de gemeente uw persoonlijke situatie. In dit onderzoek wordt gekeken welke problemen en/of beperkingen u heeft. In dit onderzoek wordt ook gekeken in hoeverre de problemen of beperkingen op een andere manier opgelost kunnen worden. Misschien zijn er wel bestaande voorzieningen waar u gebruik van kunt maken. Zijn er geen andere oplossingen mogelijk zijn? Dan krijgt u mogelijk een maatwerkvoorziening. Denk hierbij aan een rolstoel, begeleiding of hulp in het huishouden.

Werkwijze Wmo

Heeft u een hulpvraag? Dan kunt u zich melden bij de gemeente. In dit stappenplan staat beschreven hoe dit werkt.

​Stap 1: u heeft een hulpvraag

U heeft een hulpvraag. Of u wilt meer informatie hoe de gemeente u kan helpen. Neem contact op met de gemeente. Stuur een e-mail naar samenlevingsloket@beesel.nl. Of bel 077 – 474 92 92 met een bericht voor het Samenlevingsloket. Een Wmo consulent kijkt samen met u wat uw vraag is. Soms kan de consulent u meteen helpen. Of de consulent maakt een melding van uw vraag.

Stap 2: een melding maken van uw vraag

Uw hulpvraag wordt in het systeem gezet.

Stap 3: onderzoek van uw persoonlijke situatie

Alle meldingen worden dezelfde manier behandeld. Als u een melding maakt, onderzoekt de gemeente uw persoonlijke situatie. Een Wmo consulent onderzoekt uw persoonlijke situatie en welke problemen en/of beperkingen u heeft. Voor dit onderzoek komt de consulent misschien bij u thuis op bezoek. Of de consulent belt u op voor meer informatie. Soms heeft de consulent al genoeg informatie om uw hulpvraag te beoordelen.

De volgende vragen worden meegenomen in dit onderzoek:

  1. Wat is uw hulpvraag?
  2. Welke problemen ervaart u in het voor uzelf zorgen en mee kunnen doen in de samenleving?
  3. Welke ondersteuning heeft u nodig? In welke vorm en omvang?
  4. In hoeverre zijn er nog andere mogelijkheden om uw hulpvraag op te lossen? Denk daarbij aan: eigen mogelijkheden, gebruikelijke hulp van naasten die bij u in huis wonen, mantelzorg, ondersteuning uit het sociaal netwerk of het gebruikmaken van andere voorzieningen.
  5. In hoeverre is uw hulpvraag opgelost met andere mogelijkheden? In hoeverre heeft u toch hulp op maat nodig?

Stap 4: leefzorgplan

De resultaten van het onderzoek komen in een verslag. Dit verslag wordt het leefzorgplan genoemd. U krijgt dit leefzorgplan thuisgestuurd. U kunt thuis lezen wat de resultaten van ons onderzoek zijn. In dit plan staat in hoeverre u recht heeft op een maatwerkvoorziening.

Stap 5: maatwerkvoorziening aanvragen

Wilt u een maatwerkvoorziening aanvragen? Dit doet u door een handtekening te zetten op het leefzorgplan. Stuur dit leefzorgplan met uw handtekening erop terug naar de gemeente.

Stap 6: besluit of u een maatwerkvoorziening krijgt

De gemeente beoordeelt uw aanvraag voor een maatwerkvoorziening. De gemeente besluit of u wel of geen maatwerkvoorziening krijgt:

  1. Krijgt u wel een maatwerkvoorziening? In een brief wordt uitgelegd welke voorziening u krijgt en hoe dit precies wordt geregeld.
  2. Krijgt u geen maatwerkvoorziening? In een brief wordt uitgelegd waarom u geen maatwerkvoorziening krijgt. In de brief wordt ook uitgelegd wat u kunt doen als u het niet eens bent met het besluit.

Stap 7: evaluatie

We vinden het belangrijk om te weten hoe het met u gaat en hoe u het gebruik van de voorziening ervaart. Daarom blijven we met u in contact. Soms worden er evaluatie gesprekken gepland.